Een toekomst in de zorg: ‘Ik ga nu elke dag met plezier naar m’n werk’

min. lezen
opleiding-in-de-zorg

Waarom zou je kiezen voor een opleiding in de zorg? Nou, omdat je na het behalen van je mbo-hbo- of wo-diploma bent verzekerd van mooi en betekenisvol werk, én je gaat na je werkdag fluitend naar huis. O ja, het is ook nog eens broodnodig, want ‘we’ stevenen af op een dramatisch tekort aan personeel in de zorg. Gelukkig hebben we Zoë en Kicky – en hun klasgenoten – nog.

Voor Kicky Heuseveldt (31) blijkt werken in de zorg een schot in de roos. ,,Ik kom uit de verkoop, maar ontdekte langzamerhand dat het beroep niet bij me paste, ik ging niet meer met plezier naar mijn werk”, zegt Kicky, die er via vrijwilligerswerk achter kwam dat ze liever ‘mensgerichter’ wilde werken.

Ze meldde zich aan als mbo-student maatschappelijke zorg bij het Albeda College. Inmiddels voelt ze zich in de gehandicaptenzorg als een vis in het water. Kicky: ,,Het werk geeft me zoveel voldoening. Natuurlijk moet je best flink aan de bak, maar het feit dat cliënten blij zijn als je er voor hen bent, dat je rust kunt brengen, en dat je aandacht voor ze hebt tijdens een wandeling of bingoavond, daar word ik zelf ook vrolijk van. Binnenkort organiseer ik bijvoorbeeld een beauty-avond voor onze vrouwelijke cliënten, dat soort activiteiten vind ik ook leuk om te doen. Ik zit nu helemaal op mijn plek. Werken in de zorg doe je niet voor het enorme salaris, maar ik ga nu na elke dag tevreden en voldaan naar huis, dat is me veel waard.’’

Ook in praktische zin ‘klopt’ het voor Kicky: ,,Mijn werkgever betaalt mijn opleiding, dus dat is mooi. Ik werk 24 uur per week en ga één dag per week naar school.’’ Zo’n leerwerktraject bevalt Kicky prima, ook omdat ze in een klas zit met ‘gelijkgestemden’: ,,De jongste mbo-student in mijn klas is 24, de oudste 59. Het zijn allemaal mensen die heel bewust iets anders – in de zorg – zijn gaan doen, dat schept een band. En ik heb best veel vrijheid, zo kan ik bijvoorbeeld mijn eigen examens plannen.’’

Betekenisvol werk

Als Kicky komend voorjaar haar mbo-diploma (niveau 4) haalt, zou het logisch zijn dat ze aan de slag gaat bij haar huidige werkgever, al is dat geen verplichting. Dat zou bepaald geen straf zijn voor haar: ze heeft ontdekt wat ‘betekenisvol werk’ met een mens doet. Wat Kicky betreft zouden meer mensen dat mogen weten – liefst al op jongere leeftijd: het zou volgens haar goed zijn om kinderen op jonge leeftijd in aanraking te brengen met mogelijke zorgberoepen.

,,Een maatschappelijke stage, een verplichte snuffelstage voor middelbare scholieren, zodat leerlingen al op jonge leeftijd leren wat werken in de zorg inhoudt, dat zou volgens mij kunnen helpen. Zelf ben ik vooral op het idee gekomen omdat vrienden van mij in de gehandicaptenzorg werken. Door hun enthousiaste verhalen ben ik verder gaan kijken. Zij zijn nu supertrots op me dat ik de switch naar de zorg heb gemaakt, en ik ben blij dat ik heel erg op mijn plek zit.’’

welke-opleidingen-horen-bij-interessegebied-zorg-en-welzijn
Interesse in Zorg en Welzijn?

Deze opleidingen kun je volgen

Ik ontdekte dat de zorg veel breder was dan ik dacht, en dat ik vooral de wijkverple­ging en psychia­trie heel interes­sant vind."

Zoë van Mil (24)

Zoë: ‘Goed voor jezelf zorgen om voor een ander te kunnen zorgen’

Zeker, zegt Zoë van Mil (24), zelf had ze aanvankelijk ook een verkeerd beeld van werken in de zorg. ,,Hoewel er familieleden van me in de zorg werken, dacht ik eerst dat de zorg vooral ‘billen wassen van ouderen’ was.’’ Via een omweg belandde Zoë alsnog in de zorg: ze deed eerst de mbo-opleiding sport en bewegen, haalde haar propedeuse commerciële marketing, maar zit nu, als vierdejaars student hbo-verpleegkunde bij Hogeschool Rotterdam helemaal op haar plek. Het derde en vierde jaar is ze duaal student (werkend leren) bij de Parnassia Groep.

Inmiddels weet ze dat ze kampte met een achterhaald imago over de zorg. ,,In de coronacrisis ben ik me meer gaan verdiepen in de zorg. Ik ontdekte dat de zorg veel breder was dan ik dacht, en dat ik vooral de wijkverpleging en psychiatrie heel interessant vind. Ik kijk graag verder dan de buitenkant van een mens, wil graag weten wat iemand heeft meegemaakt en zo begrijpen waarom iemand tot zijn of haar daden komt.”

,,Zo heb ik meegelopen op de afdeling voor acute opname van ouderen die bijvoorbeeld kampen met een psychose, depressie of schizofrenie, maar ook op de afdeling voor jonge vrouwen met stoornissen. Je moet wel stevig in je schoenen staan en een zorgzaam karakter hebben, maar ik haal veel voldoening uit het contact met de patiënt. Vaak zijn mensen heel dankbaar, blij met wat je voor ze doet. En zeker in de thuiszorg kun je met je aanwezigheid en wat warmte al heel veel betekenen voor ouderen.’’

Hard werken

Zoë hoopt dan ook dat meer jongeren kiezen voor de zorg. ,,Door corona merkte ik wel dat meer mensen zich realiseerden hoe belangrijk het is dat er genoeg personeel in de zorg is. En dat geldt niet alleen voor hbo-niveau, maar op alle niveaus. Ik weet dat er vaak wordt gezegd dat de zorg ‘hard werken voor weinig geld’ is, maar ik vind eigenlijk dat ik als hbo-verpleegkundige zeker geen slecht salaris verdien. Zeker als je daar de onregelmatigheidstoeslagen voor avond- en nachtdiensten bij optelt. Vanaf het derde jaar van mijn opleiding verdien ik als duaal student een echt salaris.’’

Wat voor Zoë ook meespeelt, is dat ze heeft ontdekt dat werken met mensen ook voor jezelf ‘verrijkend’ is. ,,Hbo-verpleegkunde is een pittige studie, ook omdat het breed is, maar het is zeker goed te doen. Je leert tijdens de opleiding veel over jezelf, bijvoorbeeld dat je eerst goed voor jezelf moet zorgen om voor een ander te kunnen zorgen. En zelf heb ik geleerd om beter te communiceren en af en toe een stapje terug te doen. Van nature ben ik een doener: ik wil graag veel en snel, maar dat is niet altijd het beste voor de patiënt.’’

En Zoë is nog lang niet uitgeleerd, voelt ze. Met al haar bagage én de wil om verder te groeien is de hbo-student uit ’s-Gravenzande een gewilde ‘prooi’ voor werkgevers (‘bij mijn huidige werkgever willen ze me graag houden’), maar het idee van de ‘oudere’ generatie die dertig jaar hetzelfde beroep uitoefent bij dezelfde werkgever, spreekt haar minder aan. ,,Jongeren denken anders.’’ Een combi- baan voor twee verschillende werkgevers zou ze – al ziet ze de roosterproblemen al opdoemen – zeker zien zitten. ,,Ik zou best in de psychiatrie en in de wijkverpleging willen werken. Ik vind nou eenmaal veel sectoren leuk en wil graag van alles uitproberen.’’

‘Hartinfarct in de zorg’ dreigt

Alle seinen staan op rood, zegt Sandra Roso Sanchez, directeur van deRotterdamseZorg, een samenwerkingsorganisatie van 36 zorg- en onderwijsinstellingen in de regio Rijnmond. Het goede nieuws is dat het aantal werknemers in de zorg in de Rotterdamse regio afgelopen jaren fors is gestegen, van 74.000 in 2015 tot ruim 91.000 nu. Het slechte nieuws: dat is nog lang niet genoeg.

,,Er is veel vraag naar zorgprofessionals. In 2032 verwachten we alleen al in deze regio een tekort van 10.000 zorgmedewerkers’’, aldus Roso Sanchez. De toenemende vergrijzing – in de zorg werken relatief veel 50-plussers –, het afnemende aantal jongeren en de toenemende zorgvraag – mensen worden gemiddeld steeds ouder en hebben meer zorg nodig - zijn daar de ‘hoofdschuldigen’ voor.

,,De vraag naar goed opgeleid zorgpersoneel zal daarom de komende jaren onverminderd groot blijven als we de zorg willen blijven leveren zoals we die nu gewend zijn. Dat betekent dat iedereen die werkt in zorg en welzijn voorlopig kan rekenen op baanzekerheid.”

Vanwege de dreigende tekorten spreekt directeur Roso Sanchez van een naderend ‘hartinfarct in de zorg’. Om het tij te keren, bundelen zorginstellingen en het onderwijs de krachten om de aantrekkingskracht van de zorg te benadrukken. ,,Bijvoorbeeld met een traineeship waarbij studenten kennismaken met verschillende sectoren in de zorg, zoals het ziekenhuis, ouderenzorg en GGZ’’, aldus Roso Sanchez. ,,Maar ook door te laten zien dat de sector in toenemende mate digitaal vaardig personeel nodig heeft, iets wat jongeren meer aanspreekt dan de oudere generatie. Daarnaast denk ik dat we naar flexibeler werkgeverschap moeten.”

Ze wijst op het verhaal van Zoë (zie hierboven): ,,De jongere generatie wil niet meer vijf dagen per week jarenlang bij dezelfde werkgever werken, maar zoekt afwisseling.’’ De directeur geeft het voorbeeld van een werknemer die twee dagen per week in een ziekenhuis en twee dagen per week in de gehandicaptenzorg werkt. ,,We willen als werkgevers anders denken om de student van nu te boeien en de zorgprofessional van de toekomst te behouden. Want ook in de toekomst hebben we de zorgprofessionals meer dan nodig.’’

Het belang van kwalitatief goede zorg wordt overigens door bijna iedereen onderschreven: ,,Uit onderzoek blijkt dat Nederlanders de zorg in de top-3 zetten als meest belangrijke items. Het besef is er dus wel, maar we zullen wel flink aan de slag moeten om het imago van de zorg te verbeteren en jonge instromers langer voor de zorg te behouden.’’

Dit artikel verscheen oorspronkelijk op AD.nl

Placeholder cta

Simpel in je inbox

Studiekeuzelab helpt je een studie kiezen.