Dag van de Dierenarts: "Elke dag is anders en je bent lekker buiten"

min. lezen
dag-van-de-dierenarts

Afgelopen weekend was het de ‘Dag van de Dierenarts’. Dat was voor Studiekeuzelab de reden om eens in dit bijzondere beroep te duiken. En hoe kun je dat beter doen dan met een echte dierenarts? Daarom schuift Jessie Hesseling aan om te vertellen over het beroep, de studie en waarom zij voor deze opleiding koos.

"De koeien komen niet naar ons toe."

Jessie Hesseling is 26 jaar en is nu ruim één jaar afgestudeerd als landbouwhuisdierenarts. Dat houdt in dat ze dierenarts is voor al het vee. “ Ik behandel voornamelijk koeien, schapen en geiten. Kippen horen er ook bij, maar is wel een eigen specialisatie. En ondanks dat vaak gedacht wordt, horen paarden bij een andere specialisatie.”

Ze werkt voor een praktijk. “Deze praktijk ligt vlakbij Weert. Maar als dierenarts ben je vaak op locatie. We bedienen namelijk een vrij groot gebied in Noord- en Midden-Limburg en zelfs België en Duitsland. We zitten dus wel veel op de weg, want de koeien komen niet naar ons toe.”

Roeping

Jessie wilde als klein meisje al dierenarts worden. “We hebben thuis altijd paarden gehad. Toen ik op het vwo zat, heb ik bij verschillende dierenartsen stage gelopen. Eerst bij een arts die gezelschapsdieren behandelt, daarna bij een paardenarts en een rundveearts. Dat laatste vond ik het allermooiste. Daarom ben ik op advies van die arts waar ik stage liep bij een rundveebedrijf gaan werken. Ik was toen 17. Daar heb ik tot mijn afstuderen gewerkt. Op die manier heb ik de melkveesector leren kennen.”

Ieder jaar worden er 225 studenten aangenomen aan Universiteit Utrecht, de enige universiteit in Nederland waar je diergeneeskunde kunt studeren. “Via een selectie ben ik toen binnengekomen. Je hebt dan onder andere een gesprek waar ze kijken of je geschikt bent voor die sector. Ik had geluk dat ik er meteen doorheen kwam. Het hielp enorm dat ik al stage had gelopen en dat ik al op een boerderij werkte.”

Je bent als dierenarts niet alleen met dieren bezig, maar ook met mensen. Dat maakt het voor mij zo leuk.

Jessie, Dierenarts

jessie-dierenarts

Studententijd

En toen was Jessie student diergeneeskunde. Een studie die minstens 6 jaar duurt. 3 jaar bachelor (zoals iedere universitaire bachelor) en 3 jaar master + coschappen. Tijdens je master specialiseer je je in een bepaalde richting. Daarna ben je dierenarts. Het is volgens Jessie een pittige studie: “Er staat 6 jaar voor, maar ik weet dat de meesten er 7 of 8 jaar over doen. Zelf heb ik er ook 7 jaar over gedaan.”

Dat het zwaar was, lag vooral aan de workload. “Het is veel stof. In 6 jaar word je opgeleid tot dierenarts. Dit betekent dat je opgeleid wordt als chirurg, anesthesist en noem maar op. Want als dierenarts werk je vaak alleen en doe je dus alles.”
Het verschilt dus best veel met de opleiding van een humaan arts die eerst een basisopleiding doet van 6 jaar en zich vervolgens gaat specialiseren. “Bij ons zit dat allemaal in dezelfde 6 jaar gepropt. Dat betekent dat je tijdens je studie heel veel allround kennis opbouwt.”

Het betekent dus ook dat je na die zes jaar het veld in mag. “Als je afgestudeerd bent, ben je algemeen bevoegd. Je mag dan meteen aan de slag in alle richtingen. Ik mag dus ook een hond of paard behandelen. Maar mijn specialisatie, waar mijn kennis en kunde liggen, dat is vee. Want in die richting ben ik afgestudeerd.”

Veel meer dan een dierenarts

Inmiddels werkt Jessie als rundveearts. Als je haar vraagt waarom ze het liefst met vee werkt: “Omdat het gaaf is om met zulke dieren te werken. Daarnaast draag je als veearts bij aan een goedlopend bedrijf. Er zit dus een economische kant aan. Die boer moet er geld mee verdienen. Dat maakt een groot verschil uit voor je behandeling. Want als een bepaalde behandeling niet meer werkt of simpelweg niet meer uit kan, houdt het bot gezegd op.”

“Daarnaast lever je veel preventieve zorg. Je gaat bijvoorbeeld bij veehouderijen langs om de koeien te scannen, te kijken of ze drachtig (zwanger) zijn en adviezen te geven. Op die manier draag je bij aan de bedrijfsvoering. Je helpt mee in het optimaal laten presteren van een bedrijf. Dat vind ik heel gaaf. Dat is echt anders dan een huisdier behandelen."

Als veearts speel je ook een rol in de volksgezondheid, volgens Jessie. “Ik zorg er mede voor dat er gezonde melk geproduceerd wordt, dat we gezond vlees produceren en dat het antibioticagebruik laag blijft. Het gaat veel verder dan de gezondheid en het welzijn van de dieren.”

Sociaal en afwisselend beroep

Dat maakt het werk voor Jessie zo leuk. "Je hebt een grote verantwoordelijkheid. Daarnaast is het een erg sociaal beroep."

Sommige mensen denken volgens Jessie dat je voor diergeneeskunde kiest zodat je dan niet met mensen hoeft te werken. “Maar dat is helemaal niet waar. Als je niet graag met mensen werkt, moet je zeker geen diergeneeskunde gaan doen. Dat dier kan niet praten, dus moet je altijd met de eigenaar communiceren om het dier de onderzoeken en te behandelen. Maar dat maakt het werk voor mij juist zo leuk, je bent niet alleen met dieren bezig, maar ook met mensen.”

Een andere reden waarom het werk leuk is, is volgens Jessie de afwisseling: “De ene dag ben je bezig met een keizersnede, even later help je een schaap bevallen. Elke dag is anders. Bovendien ben je lekker buiten en onderweg.”

Natuurlijk is niet alles leuk. “Het is geen 9 tot 5 baan. Soms moet je nog een keizersnede uitvoeren terwijl je eigenlijk met je vrienden op het terras zou zitten. En natuurlijk moet je wel eens dieren inslapen. Het hoort er helaas bij.”

Tip van Jessie

Heb jij de ambitie om dierenarts te worden? Dan heeft Jessie een pro tip. “Loop tijdens je middelbare school snuffelstage bij dierenartsen. Doe dat niet telkens bij dezelfde praktijk, maar doe dat bij verschillende in verschillende richtingen. Kijk eens bij een gezelschapsdierenarts (voor huisdieren), maar ook bij een veearts en een paardendierenarts.

Placeholder cta

Simpel in je inbox

Studiekeuzelab helpt je een studie kiezen.