Ik weet waar mijn interesses liggen, en nu?

1. Welke studie past bij jou? Maak een lijst

Wanneer je jouw interesses op een rijtje hebt, komen daar als het goed is een paar opleidingen uit die het meest bij jou en je interessegebied passen. Het is goed om van deze opleidingen een lijstje te maken. Schrijf op je lijstje niet alleen de naam van de opleiding, maar ook waarom deze voor jou geschikt lijkt. Dat kan in een paar zinnen.

Deze shortlist wordt je uitgangspunt, zie het als een hulpmiddel om dichter bij je uiteindelijke keuze te komen. Misschien heb je wel tien opleidingen die jou wat lijken, dan is het tijd om te gaan selecteren. Hoe doe je dat? Een methode is om nu met voor-en nadelen van elke studie te werken.

2. Je shortlist verkorten

Bijvoorbeeld: studie A lijkt je ontzettend leuk, maar heeft heel weinig kans op een goede baan. Studie B spreekt je dan wat minder aan, maar daarmee ben je na je afstuderen wel bijna gegarandeerd op een baan. Wat weegt voor jou zwaarder? Verder kun je dingen als afstand, kosten, locatie(s) en studielast meetellen.

Tip: werk hierbij met plussen (+) en minnen (-). Zo maak je snel een goed overzicht.

Als het goed is vallen er nu een paar studies af, en hou je er twee á drie over. Dat is goed, want nu kun je echt gericht gaan kijken hoe het is om deze studie te volgen. Hoe je dat doet? Je gaat naar open dagen, meeloopdagen en je neemt contact op met studenten die nu de studie volgen. Zo kom jij snel te weten hoe de studie werkelijk is.