- Ervaar
- Geschiedenis
- Woordenboek
- Pesten
Vroeger werd er gezegd: “Schelden doet geen pijn.” Nou, dikke doei. Dat is allang achterhaald. Een ‘flapdrol’ of ‘natte tosti’ kun je misschien nog van je schouders laten glijden, maar sommige scheldwoorden komen keihard binnen en zijn hartstikke kwetsend. Mensen kunnen zich hierdoor verdrietig, waardeloos of zelfs suïcidaal voelen. En nee, dat is geen dramaqueen-gedoe. Deze maand nog werd Nederland opgeschrikt door een verhaal met desastreuze afloop. Dat wil niemand! Dus: waarom schelden we eigenlijk? En waar komen al die scheldwoorden toch vandaan?
Scheldwoorden, ook wel schimpnamen genoemd, zijn bedoeld om iemand te kwetsen. Heel simpel. In de tijd van Aristoteles, die oude Griek met z’n toga, vonden ze het al ordinair. Hij zei: “Zelfs het zachtjes uitspreken van schaamtevolle woorden kan leiden tot schaamtevolle daden.” En Plutarchus, z’n iets minder beroemde maat, riep dat grof taalgebruik erger was voor je brein dan een fles wijn op een lege maag. Cheers!
In de middeleeuwen draaide schelden vooral om seks, stront, domheid en dodelijke ziektes. Klinkt bekend? Sommige dingen veranderen nooit echt. En eerlijk: we schelden niet voor niks. Britse wetenschappers ontdekten dat vloeken daadwerkelijk helpt tegen pijn. Dus die “Aaaaargh, kak!” als je je kleine teen stoot? Helemaal wetenschappelijk verantwoord.
Maar of we alle moderne varianten moeten blijven gebruiken? Daar valt over te twisten. Sommige scheldwoorden zijn niet alleen grof, maar ook pijnlijk.
Kolere. Teringlijder. Pokke-tentamen. Takkewijf. Ja hoor, Nederland is wereldkampioen ziekte vloeken. Wist je dat 'tering' verwijst naar tuberculose, een ziekte waar begin 1900 jaarlijks 10.000 mensen aan stierven? Of dat ‘takke’ komt van beroerte? Best heftig als je erover nadenkt. Toch zijn we niet het enige land dat het doet. Ook in het Pools, Jiddisch, Hongaars en Koreaans is ziek-vloeken een ding.
Zelfs good old Shakespeare liet zijn personages niet zonder epidemische scheldwoorden sterven. In Romeo & Juliet zegt Mercutio op z’n sterfbed: “A plague on both your houses!”
Wat vroeger ‘oetlul’, ‘klootviool’ of ‘droeftoeter’ was, is nu ‘psycho’, ‘NPC’ of ‘cringe lord’. Gen Z heeft een geheel eigen scheldwoordenboek. En ja, ook influencers en YouTubers doen hier vrolijk aan mee. Hoe meer volgers, hoe groter de impact.
Als jouw favoriete creator de hele dag **** roept, dan is de kans groot dat jij dat, bewust of onbewust, ook gaat gebruiken. Maar besef je wel: wat jij eruit flapt, kan iemand anders keihard raken. Zelfs als jij denkt: “haha, grapje toch?”
Van het dorpsplein naar het schoolplein, en nu… online. Via WhatsApp, TikTok en Insta vliegen de scheldwoorden je om de oren. En dat maakt het extra rot, want je kunt er niet meer aan ontsnappen. Pesten en schelden stoppen niet meer bij de schoolbel. Het gaat gewoon door. ’s Avonds. In je DM’s. In groepsapps. Non-stop.
En nee, het houdt niet op na de middelbare school. Ook tijdens je studie, of zelfs op je werk, kun je ermee geconfronteerd worden. Gênant? Zeker weten. Maar het gebeurt. En veel te vaak.
Deze week is het de landelijke dag tegen pesten. Hét moment om even stil te staan bij hoe je met elkaar omgaat. Want ja, jij denkt misschien, het is maar één opmerking, één grapje, één appje, maar voor iemand anders ben jij misschien die ene druppel die de emmer laat overstromen.
Vroeger scholden we met woorden die minder diep sneden. Dus waarom niet terug naar de oldschool klassiekers? Noem iemand een ‘droeftoeter’, ‘kwast’ of ‘platbroeck’. Of, gek idee: zeg gewoon iets liefs. Want ja, schelden kan dan wel opluchten, maar lief zijn voelt uiteindelijk toch een stuk beter.
Make love not war. Does lief.
15 april 2025 geschreven door Redactie